Bevolking


De Inheemsen

De samenstelling van de Surinaamse bevolking is zeer divers. Tot de 17de eeuw bleven apart levende groepen inheemsen de enige bewoners van het land. Zij worden ookwel indianen genoemd. Thans vormen zij 3,7% van de bevolking.
Het overgrote deel van de inheemse bevolking woont aan de kustvlakte en een zeer kleine minderheid in het binnenland van Suriname. De indianen die in de stad wonen, zijn in Paramaribo werkzaam in loondienst.


De Blanken
In de 17e eeuw vestigden blanken uit allerlei landen zich als kolonist in Suriname. Zij gingen met name in het noorden, in en rond Paramaribo, wonen. De blanke kolonisten waren voornamelijk afkomstig uit Engeland, de Republiek, de Nederlandse kolonie in Brazilië en uit de Duitse gebieden. Aanvankelijk kwamen er Europese handelaren en ambtenaren naar Suriname. Tijdens de 19de eeuw kwamen er ook zendelingen naar Suriname, om de Surinamers te bekeren tot het christendom. Tegenwoordig zijn de blanken voornamelijk werkzaam in de handel en als technische experts in de industrie.

Vele blanken bleven slechts tijdelijk in Suriname om er hun fortuin te zoeken. Ze keerden rijk en voldaan of arm en teleurgesteld naar Europa terug. Slechts een kleine minderheid van de blanken in Suriname bezat zelf een plantage. Tegen het eind van de 18de eeuw waren er ongeveer 3300 blanken in Suriname, van wie er bijna 250 plantage-eigenaar waren. In Suriname waren behalve onder de joodse bevolkingsgroep relatief zeer weinig blanke vrouwen en kinderen. De joodse kolonisten kwamen meestal met hele gezinnen naar Suriname om zich er blijvend te vestigen.

Het kleine wereldje van blanken in Suriname vertoonde weinig samenhang: allerlei nationaliteiten, godsdiensten en maatschappelijke standen waren vertegenwoordigd, zodat er van een gemeenschappelijke culturele achtergrond weinig sprake was. In Suriname maakten velen zich dan ook los van hun Europese waarden en normen, wat zich bijvoorbeeld uitte in een opvallend lage graad van godsdienstigheid.


De Creolen
De Afrikaanse slaven vormden tot de tweede helft van de 19e eeuw de overgrote meerderheid van de bevolking. Hun nakomelingen worden de creolen genoemd en het merendeel van hen woont in en om Paramaribo. Tegenwoordig zijn de (stads)creolen in Suriname voornamelijk werkzaam in de industrie, dienstensector en overheid.

Ongeveer een tiende van de Afrikaanse slaven ontliep de slavernij. Zij worden zowel Marrons als boslandcreolen genoemd. De nakomelingen van de weggelopen slaven wonen tegenwoordig in dorpen aan de rivieroevers van het binnenland. Een groot deel van hen leeft nog op traditionele wijze van akkerbouw en visvangst. Toch trekt een deel naar de stad (min of meer noodgedwongen) om geld te verdienen.


De Aziaten: Chinezen, Brits-Indiërs & Javanen
Rond 1850, toen het eind van de slavernij in zich kwam, werden Aziatische contractarbeiders naar Suriname gehaald om de slaven op de plantages te vervangen. Velen bleven na afloop van hun contract. De Chinezen zorgden voor aanwezigheid van winkels in de bewoonde delen van het land en wonen voornamelijk dus in de Surinaamse steden. De nakomelingen van de Brits-Indiërs in Suriname zijn de Hindoestanen en Pakistanen. Tegenwoordig omvatten zij de grootste bevolkingsgroep in Suriname. Aanvankelijk zijn zij als boer blijven werken op de plantages, maar na de Tweede Wereldoorlog trokken steeds meer Hindoestanen en Pakistanen naar Paramaribo. Daar zijn zij tegenwoordig veelal werkzaam in de handel, het vervoer en de overheid. De Surinaamse Javanen zijn afkomstig uit Nederlands-Indië en hebben een soortgelijke ontwikkeling doorgemaakt als de Brits-Indiërs.

                                                                                       
 

Maak jouw eigen website met JouwWeb